Kamerplanten naar binnen halen voor de winter helpt om ze te beschermen tegen koude temperaturen en zware weersomstandigheden.
Hierdoor blijven ze gezond, zelfs in de winter.
Je moet je kamerplanten naar binnen halen voordat het te koud wordt.
Meestal voor de eerste vorst of wanneer de temperatuur constant onder de 50 graden Fahrenheit zakt.
Houd het weerbericht in de gaten en haal je kamerplanten naar binnen als de temperaturen naar verwachting zullen dalen.
Je kunt ook letten op tekenen van stress of schade aan de planten.
Voordat je je kamerplanten naar binnen haalt, moet je ze controleren op ongedierte en eventueel dood of beschadigd gebladerte wegknippen.
Pas je planten geleidelijk aan de lagere lichtomstandigheden aan om een schok te voorkomen.
Zoek een goede plek met helder, indirect zonlicht voor je kamerplanten.
Plaats ze niet in de buurt van tocht of warmtebronnen en zorg voor een constante temperatuur en luchtvochtigheid.
De frequentie van water geven hangt af van de specifieke plant en zijn behoeften.
Over het algemeen moet je je kamerplanten in de winter minder vaak water geven, zodat de grond tussen de gietbeurten door een beetje kan drogen.
Kamerplanten hebben minder mest nodig tijdens de wintermaanden, wanneer hun groei vertraagt.
Je kunt het beste wachten tot het voorjaar om je plant weer te bemesten.
Om de droge lucht aan te pakken kun je een luchtbevochtiger gebruiken of een bakje gevuld met water bij je kamerplanten zetten.
Inspecteer je planten regelmatig op ongedierte zoals spint of wolluis en onderneem actie als dat nodig is.